VAN TICHELEN, Theodoor
Het Nieuwe Testament, 1926
Antwerpen
Theodoor Van Tichelen werd 1877 geboren te Stabroek. Hij studeerde aan de koninklijke universiteit te Leuven klassieke filosofie en thomistische wijsbegeerte, waarin hij in 1905 promoveerde. Datzelfde jaar ontvangt hij zijn wijding als rooms-katholiek priester en geeft hij les aan het seminarie te Mechelen. Tussen 1906 en 1908 volgt Van Tichelen een specialisatie in de Bijbelse geschiedenis aan de Bijbelschool te Jeruzalem. Hij ontpopte zich als een voorstander van de vernederlandsing van het onderwijs. Later bleek zijn Vlaamsgezindheid het knelpunt te zijn voor zijn benoeming als professor in de Bijbelexegese aan het grootseminarie te Mechelen. Van Tichelen heeft naast tal van exegetische werken een verdienstelijke vertaling van het Nieuwe Testament gemaakt. Zijn vertaalarbeid wordt als ‘degelijk, natuurlijk en levendig’ omschreven. In de eerste en tweede druk werd een totale oplage van 50.000 exemplaren bereikt.
Het exemplaar in de BN-collectie is door hem gesigneerd. Op het schutblad staat geschreven: “Aan de zeer edele heer Frans Aerts, pastoor van Stabroek, uit hartelijke vriendschap, vanwege den Stabroekschen vertaler: Th. Van Tichelen.” Gedagtekend op 23 juli 1926.